Tijdens de coronacrisis hebben sommige werkgevers minder omzet gegenereerd, waardoor zij minder reserves hebben opgebouwd. Dit kan als gevolg hebben dat de werkgever niet over voldoende financiële middelen beschikt om zodoende het wettelijk verplichte vakantiegeld te betalen aan zijn werknemers. Indien uw werkgever zich in deze situatie bevindt, staat het hem desondanks niet vrij om een eenzijdig besluit hierover te nemen, en het vakantiegeld niet, of later te betalen.
De wet
In de Wet minimumloon en vakantiebijslag (WML) is vastgesteld dat een werknemer recht heeft op 8% van het bruto jaarsalaris, in de volksmond staat dit ook wel bekend als vakantiegeld. De wettelijke term hiervoor is vakantiebijslag. Dit bedrag wordt één keer per jaar uitbetaald.
In beginsel ontvangt de werknemer zijn vakantiebijslag in mei, echter geldt volgens art. 17 WML dat deze betaling uiterlijk in juni dient te geschieden. Er kan ook van worden afgeweken in een arbeidsovereenkomst of cao. De arbeidsovereenkomst of cao geeft in dat geval enkel aan wanneer de werkgever het vakantiegeld dient te betalen.
Wanneer de werkgever niet kan betalen
Indien de werkgever niet aan zijn betalingsverplichting kan voldoen, staat het hem vrij om hierover afspraken te maken met de werknemer. Zo kan de werkgever met de werknemer in gesprek gaan over een afwijkende regeling. Deze regeling kan afspraken bevatten over een latere uitbetaling of een gespreide betaling. Let op: dit betekent niet dat een werkgever de vakantiebijslag in zijn geheel kan inhouden. In overleg kunnen er dus enkel afspraken worden gemaakt over het tijdstip van betaling. Doorgaans worden deze afspraken schriftelijk gemaakt. Gaat een werknemer niet akkoord met het door de werkgever aangedragen voorstel, dan is de werkgever verplicht om over te gaan tot betaling van de vakantiebijslag op reguliere wijze.
In het geval dat een werkgever en werknemer duidelijke afspraken hebben gemaakt omtrent een betalingsregeling, dan dient de werkgever zich hieraan te houden. Wanneer dit niet gebeurt, dan kan de werknemer juridische stappen ondernemen om de vakantiebijslag te vorderen, ook wel: een loonvorderingsprocedure starten. Dit is ook mogelijk indien de werknemer niet akkoord is gegaan met een voorstel gedaan door de werkgever, en de werkgever de vakantiebijslag desondanks niet uitbetaald.
NOW (Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid)
Heeft de werkgever gebruik gemaakt van de NOW-regeling (tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid) vanwege de Covid-crisis, dan is de werkgever sowieso verplicht om de vakantiebijslag te betalen. De werkgever kan wel, mits er vooraf schriftelijke toestemming door de werknemer is gegeven, op een later moment uitbetalen. De reden hiervoor is dat de NOW-regeling het loon compenseert met inbegrip van de vakantiebijslag.
Heeft uw werkgever uw vakantietoeslag niet, niet tijdig dan wel niet volledig betaald? Laat u dan adviseren door onze arbeidsrechtspecialisten en neemt u vrijblijvend contact op Lamers Tielemans Advocaten.
Stuur hiervoor een e-mail naar info@lamerstielemans.nl
of bel 040 – 21 80 515.