Tegenstrijdig belang in de vennootschap: een interne aangelegenheid
Wanneer een bestuurder van een vennootschap zich bij de besluitvorming laat leiden door een tegenstrijdig belang kan dit schadelijk zijn voor de vennootschap. Om deze reden is in het burgerlijk wetboek een tegenstrijdige belangenregeling opgenomen waarmee de schade voor de vennootschap kan worden beperkt.
Tot 2013 zorgde de tegenstrijdig belangregeling ervoor dat de vennootschap niet gebonden was aan rechtshandelingen met derden wanneer bij een van de bestuurders een tegenstrijdig belang aanwezig was. Bij een tegenstrijdig belang werd het gehele bestuur handelingsonbevoegd en moest de vennootschap worden vertegenwoordigd door de Raad van Commissarissen of de AVA. De regeling had dus externe werking. Slechts wanneer een derde een beroep kon doen op de goeder trouw (en aan zijn onderzoeksplicht had voldaan) was de vennootschap alsnog gebonden en kon de schade intern op de bestuurder werden verhaald.
De bovenstaande regeling zorgde voor onzekerheid in het handelsverkeer en werd door juristen veelvuldig bekritiseerd. De wetgever heeft deze onzekerheid met succes weggenomen door in 2013 een nieuwe tegenstrijdig belangregeling in te voeren. Deze nieuwe regeling is opgenomen in art. 2:239 lid 6 BW en houdt in dat een bestuurder met tegenstrijdig belang zich moet onthouden van stemming ten aanzien van het betreffende (interne) besluit maar, het bestuur bevoegd blijft om de vennootschap te vertegenwoordigen. Het is aan de bestuurder met het tegenstrijdige belang om zijn medebestuurders op de hoogte te stellen. Zo kan hij een interne aansprakelijkheid voorkomen.
Als een bestuurder meestemt in de besluitvorming terwijl hij een tegenstrijdig belang heeft, is zijn stem nietig. Mocht zijn stem van doorslaggevende betekenis zijn geweest voor het besluit, dan brengt dit ook nietigheid van het besluit met zich mee. Echter, deze nietigheid werkt alleen intern en zorgt er voor dat de bestuurder aansprakelijk kan worden gesteld.
Wanneer de neutrale bestuurders niet op de hoogte waren van het tegenstrijdige belang van hun collega, maar zijn stem niet van doorslaggevende betekenis was, leidt dit tot vernietigbaarheid van het besluit. Dit, omdat de neutrale bestuurders wellicht anders hadden gestemd als zij wel bekend waren geweest met het tegenstrijdige belang[1].
Zijn er in uw vennootschap conflicten ontstaan rondom een mogelijk tegenstrijdig belang of een hieruit volgende interne aansprakelijkheid? U kunt altijd vrijblijvend contact opnemen met een advocaat van Lamers Tielemans Advocaten Eindhoven voor meer informatie, zodat u weet waar u aan toe bent. Email naar info@lamerstielemans.nl of bel 040-2180515
[1]Verslag van het congres van het Instituut voor Ondernemingsrecht 2014: J.B. Wezeman, ‘Vorm en sanctionering van tegenstrijdig belangregels’.