De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op 20 oktober 2015 de ABN AMRO een bestuurlijke boete opgelegd van € 2.000.000,00. De ABN AMRO heeft volgens de AFM onvoldoende gegevens bijgehouden omtrent de dienstverlening met betrekking tot rentederivaten. Hierdoor kan de AFM niet onderzoeken of de werkzaamheden aansluiten bij de wensen van de klant en haar toezicht niet uitoefenen.
Het verstrekken en adviseren van rentederivaten aan mkb-ondernemingen is een beleggingsdienst die aan de ondernemers is verleend. Op grond van de wet dient bij het verlenen van een beleggingsdienst en bij het verrichten van beleggingsactiviteiten door de beleggingsinstelling (lees: de bank) voldoende gegevens te worden bijgehouden om toezicht door de AFM mogelijk te maken.
Het bovenstaande betekent onder andere dat de bank een dossier dient bij te houden waarin staat wat per transactie de aard van de werkzaamheden is geweest. Indien de bank onvoldoende gegevens heeft bijgehouden over haar dienstverlening dan is sprake van een overtreding van artikel 35, eerste lid, van het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen.
Daarnaast is het bijhouden van het dossier niet alleen belangrijk voor het toezicht, maar ook voor de bank en de klant. Voormelde partijen dienen namelijk ook te kunnen reconstrueren hoe de werkzaamheden, het advies en het verstrekken van het rentederivaat, tot stand zijn gekomen, zodat kan worden beoordeeld of dat de bank haar bijzondere zorgplicht heeft geschonden.
Indien de bank in strijd handelt met de geldende regels betekent dit nog niet direct dat een klant schade heeft geleden. Het rentederivaat kan namelijk, ondanks de gebrekkige dossiervorming, wel een geschikt product zijn. Echter als er wel schade is geleden en de bank kan niet op grond van het dossier vaststellen of de schade te wijten is aan de bank of aan de klant, dan verwacht de AFM dat de bank de klant een passende oplossing zal aanbieden.
Het antwoord op de vraag of de bank de klant een passende oplossing dient aan te bieden is afhankelijk van de relevante feiten en omstandigheden van het geval. Bijvoorbeeld is van belang of dat de bank gedurende de looptijd van het rentederivaat de renteopslag heeft verhoogd of dat de bank de klant voorafgaande aan het verstrekken van het rentederivaat voldoende heeft gewaarschuwd voor de mogelijke negatieve waarde, etc.
Mocht u behoefte hebben aan meer informatie over rentederivaten dan wel bijzondere zorgplicht van banken dan kunt u vrijblijvend contact opnemen met de advocaten van Lamers Tielemans Advocaten Eindhoven, die u graag een nadere toelichting geven in een kosteloos adviesgesprek. U kunt ons bereiken via telefoonnummer 040-2180515 of via het e-mailadres: info@lamerstielemans.nl