Wijzigingen regelgeving 2018
Een nieuw jaar, nieuwe voornemens, maar ook nieuwe regelgeving. Onder andere de wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) gaat flink op de schop. Een aantal belangrijke wijzigingen worden in het navolgende toegelicht, alsmede de nieuwe no risk premie.
Minimumloon
Het minimumloon wordt in 2018 opnieuw verhoogd. Ook het minimumjeugdloon zet de stijgende lijn van de afgelopen jaren voort. Het minimumjeugdloon zal langzaam worden afgeschaft en de eerste stappen zijn daar reeds voor gezet. Het volwassen minimumloon is van 23 jaar naar 22 jaar verlaagd. Desondanks stijgt het minimumloon.
Minimumloon bij opdracht of overeenkomst tegen beloning
Vanaf 2018 geldt er niet alleen een minimumloon ten aanzien van arbeidsovereenkomsten maar is per 1 januari jl. ook een minimumloon ingevoerd ten aanzien van de overeenkomst van opdracht. De opdrachtnemers hebben vaak een slechte onderhandelingspositie, waardoor de wetgever in actie is gekomen. De wetgever heeft de zzp’er expliciet uitgesloten van deze regeling. De zzp’ers zouden een sterkere onderhandelingspositie hebben, waardoor de bescherming van een minimumloon niet noodzakelijk is.
Overwerk
De huidige WML schenkt enkel aandacht aan de overeengekomen arbeidsduur. Tot voorheen had de werkgever een vrije keus ten aanzien van de overuren, mits de cao dat toeliet. De overuren konden worden uitbetaald, worden gecompenseerd in vakantie uren ofwel niet worden uitgekeerd. Het nieuwe artikel in de WML bepaalt dat werknemers over alle gewerkte uren tezamen ten minste het geldende minimumloon dienen te ontvangen. De werkgever kan het komende jaar nog van deze nieuwe regeling afwijken in de arbeidsovereenkomst. In 2019 kan hiervan slechts worden afgeweken in een cao.
No risk premie
Ten slotte benadruk ik de no risk premie, die overigens niet in de WML terug te vinden is.
Stel, uw onderneming groeit en heeft expertise nodig. U gaat opzoek naar een gemotiveerde werknemer. Door de ingevoerde no risk premie is het wellicht interessanter geworden om een werknemer aan te nemen met een leeftijd van 56 jaar of ouder. De ondernemer loopt door deze premie niet langer het risico van ziekte bij oudere werknemers. De ondernemer wordt door de premie gecompenseerd op het moment dat een werknemer van 56 jaar of ouder uitvalt wegens ziekte. Het UWV neemt de doorbetaling van het loon van de zieke werknemer op zich, waardoor de werkeloosheid onder mensen van 56 jaar of ouder kan worden verminderd. De voorwaarde die hieraan wordt gesteld is dat de werknemer minstens één jaar werkeloos is en een WW-uitkering heeft ontvangen. De premie voor de ziektewet wordt ondanks de nieuwe regelgeving niet verhoogd.
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of twijfelt u of u aan de nieuwe regelgeving voldoet, neem dan vrijblijvend contact op met ons kantoor.